WILLEM KWINTEN – Met onze video’s op YouTube proberen we zoveel mogelijk vissers te helpen met de ervaringen die wij opdoen. We vissen op uiteenlopende wateren, vaak met onderwatercamera’s die vrijwel alles prijsgeven. Enorm leerzaam natuurlijk! Toch blijven er nog veel vragen over, en de meeste van deze vragen hebben te maken met enerzijds meer aanbeten krijgen en anderzijds minder aanbeten verliezen tijdens de dril.
1 – Welke stek moet ik vissen?
Om te beginnen moet de karper in aanraking komen met je aas. “Locatie is alles,” zeggen ze wel eens. Dat is niet helemaal waar, maar het is wel een vereiste om karper te kunnen vangen. Een van mijn grootste leerpunten is dat karpers niet zomaar overal willen azen. Ze hebben specifieke voorkeuren waar ze willen azen.
Zo wordt er het meest geaasd in de kantzones, waar meer natuurlijk voedsel te vinden is. Karpers azen van nature het meest in voedselrijke bodems. Vaak zijn dat zachtere plekken. Op een steenbodem is minder te halen dan op een klei- of wierbodem. Focus dus niet per se op schone, harde zones. Ga juist de rand van hard naar zacht opzoeken. En dan bedoel ik niet de extreem zachte bodem met rottend slib, maar meer de semi-zachte bodems. Daar zit nu eenmaal meer leven in de bodem, zoals muggenlarven.
Is de bodem overal hard? Zoek dan vrije plekjes tussen het wier, of kijk waar het water meer troebel is door visactiviteit. Vooral klei geeft enorme wolken als vissen azen.
Ook heb ik geleerd dat karpers minder op trekroutes willen azen, en juist meer op de eindbestemming. We vissen allemaal graag op kopjes of uitlopers, want daar moeten ze wel langs komen. Dat klopt, ze zwemmen er inderdaad langs, maar negeren ons voer ook compleet. Natuurlijk kun je er een beet krijgen, maar geen tien.
Vis je in de kommen of uithoeken (vaak in combinatie met obstakels) waar de vis naartoe zwemt, dan ga je veel meer beet krijgen, omdat dat de plek is waar ze willen azen. Een echte gamechanger als je dit eenmaal doorhebt.
2 – Maar waar leg je de rig dan neer?
De positie van je haakaas kan soms heel nauw komen, vooral als je instant vist. Het moet dan in een korte tijd gebeuren, dus alle details tellen. Als eerste probeer je te zoeken naar de opvallende plekken die de karpers duidelijk bezoeken om te azen. Denk aan kuilen, geulen, omgevallen bomen, overhangende struiken, onderwater obstakels, wierveldjes, etc. Alles waar een karper reden heeft om te zijn, daar moet je je rig positioneren.
Heb je geen van bovenstaande aanknopingspunten, dan moet je kijken naar andere posities. Is er een hoek waar veel rust is? Vis daar kort in de kant. Is er een steil talud dat afsteekt van de rest van het bodemverloop? Leg een rig onderaan dat talud. Onderaan een talud vissen is sowieso altijd goed. Onderaan is meer te vinden dan halverwege het talud.
Ik vis dus vaak of helemaal bovenaan tegen de kant, of helemaal onderaan in het knikje. Eigenlijk is iedere bodemstructuur die afsteekt van de rest goed om te bevissen.
3 – Wat is de beste voertactiek?
Er is zoveel meer uit je stek te halen door na te denken over het gedrag van de karper op je stek. In de ideale situatie wil je dat de karper jouw haakaas snel oppakt en direct geprikt wordt in het midden van de onderlip. Door een paar slimme trucjes kun je deze situatie zelf creëren. Als je simpelweg voer bovenop je rig gooit, zoals iedereen eigenlijk doet, dan gebeurt precies hetgeen wat je
NIET wil.
|> Verder Lezen? 10 tips om je vangsten te verbeteren kun je lezen in Beet 5 te koop voor € 6,95 in de betere hengelsportspeciaalzaak en de boekhandel.
Altijd op de hoogte blijven van het laatste hengelsportnieuws?
Met een abonnement op Beet ontvang je 9X per jaar je favoriete hengelsportmagazine. Zo blijf je thuis en onderweg op de hoogte van de laatste nieuwtjes, lees je blogs van bekende hengelsporters en artikelen van onze redactie.