ARNOUT TERLOUW – Hete, windstille zomerdagen gelden over het algemeen niet bepaald als de beste visomstandigheden. Karpers liggen lui in het wier en azen pas als het donker begint te worden… Hoe anders is het met graskarper! Voor hen kan het niet heet genoeg zijn. Met een watertemperatuur die lauw, bijna warm aanvoelt, gedijen ze het best. Vaak zijn ze dan de hele dag actief op zoek naar groenvoer. Op de bodem maar vaker nog in de oppervlakte.

Iedereen die mij een beetje kent weet dat ik graskarpers uitermate intrigerende vissen vind waar ik heel graag op vis. Heel wat (grote) graskarpers hebben inmiddels de binnenkant van mijn net gezien, gevangen op ‘afstand’ met reguliere karpertechnieken en een aangepaste aasaanbieding. Maar vaker nog ving ik ze op een hele simpele manier: struinend met de korst!

Graskarper

Het ruikt hier naar graskarper: kenmerkende golven van een azende graskarper die zich tegoed doet aan het gras op de kant.

Drijvend struinen

Voor mij is het drijvend vissen met korst op graskarper het ultieme struinen: een soort van jachtinstinct, zoekend naar een mogelijke prooi. Voor een geoefend oog verraden graskarpers hun aanwezigheid maar al te vaak, maar ook al zie je soms niets dan heb je vaak dat onderbuikgevoel dat ze er moeten zitten, het ruikt er dan zogezegd naar graskarper…

Dat kan zijn omdat de oevers duidelijk sporen vertonen van begrazing, omdat het een stuk kale sloot betreft, terwijl de rest van de sloot (nog) zwaar begroeid is. Of je signaleert een golvende beweging in het water die je niet goed thuis kunt brengen. Golven veroorzaakt door watervogels? Misschien, maar vaak wordt zo’n lichte, golvende deining, die je gemakkelijk over het hoofd ziet, veroorzaakt doordat een school graskarpers zich dicht tegen de bodem verplaatst. Zien doe je ze niet echt… ‘voelen’ wel!

Graskarper

Heel wat grote graskarpers hebben de binnenkant van mijn net gezien.

Ideale dag

Het is al dagen broeierig warm, zelfs de nachten zijn plakkerig ook al koelt het wel wat af richting ochtendgloren. Er hangt een mistnevel over de sloot die er rimpelloos bijligt, of toch niet helemaal. In de verte aan de overkant bespeur ik een paar dikke, luie deiningen die uit de kant komen. Ik blijf rustig zitten en geniet van een bakkie koffie. Het belooft wederom een mooie zomerdag te worden…

Dan weer een zelfde soort deining, dit keer onder de eigen kant op zo’n 50 meter bij mij vandaan. Ze zitten er! Voorzichtig kruip ik door het vochtige weiland zo’n 20 meter naderbij. Ik schiet een paar korsten in de richting van de uitdijende golven. Tien minuten gebeurt er niets behalve dat ik een andere vis zie, nog 10 meter verder. Zijn ze opgeschoven?

Ze kunnen honkvast zijn

Ik weet uit ervaring dat bij het vissen op graskarper geduld meestal een schone zaak is en dat dat vroeg of laat beloond wordt. Scholen graskarpers kunnen verrassend honkvast zijn voor een bepaalde periode, waarbij ze soms maandenlang op een bepaald stuk van een water of sloot te vinden zijn. Maar op zo’n stuk zwemmen ze heel wat af, tenzij ze echt liggen te herkauwen midden in een dik wierbed.

De sleutel tot succes is meestal om je korst zo lang mogelijk in het water te laten liggen en zo stil mogelijk te zijn. Negeer de aandrang om zo snel mogelijk richting de al dan niet azende graskarpers te lopen/sluipen, word niet meteen zenuwachtig als de korsten links of rechts van je wel worden gepakt en die van jou niet…

De spanning stijgt!

Na nog eens tien minuten zie ik dan eindelijk wat beweging bij de gevoerde korsten. Ik zie de kenmerkende puntige staartlob even uit het water komen, gevolgd door een wilde kolk zonder dat de korst gepakt wordt. Blijkbaar vertrouwen ze de korsten nog niet helemaal. Dan verdwijnt een korst die tegen de rand van een wierbed aanligt geruisloos onder water, vrijwel zonder een rimpeling te veroorzaken. Je zou denken aan een klein voorntje die ligt te snoepen van het witbrood, maar ik weet wel beter!

Ik rijg een grote korst op de haak, dompel die een seconde in het water voor wat extra werpgewicht en werp die behoedzaam richting de andere korsten. Die zijn inmiddels al wat verder afgedreven en ik zie hoe de verste korst verdwijnt. De spanning stijgt…

Graskarper

De korst wordt gepakt, de spanning stijgt!

Terwijl de zon net begint op te komen, zie ik een typerende golf door het midden van de sloot schuiven, richting mijn korst. Aan de rustige, zigzaggende manier van zwemmen zie ik dat de vis naar nog een korst aan het zoeken is. Even maakt hij een schijnbeweging naar een andere korst, maar zwemt dan recht op mijn korst af. Ik houd mijn adem in als ik zie hoe de zwarte, puntige lippen achter de korst verschijnen, hoe vervolgens de korst resoluut wordt gepakt en in twee etappes onder water wordt getrokken.

Omdat ik op zo’n 20 meter afstand vis sla ik niet direct aan, maar draai snel de lijn binnen. Ik voel echter geen weerstand. Even denk ik dat de vis toch de korst heeft uitgespuwd, maar als ik verder binnendraai zie ik dat de vis snel op mij af zwemt en nu al bijna voor me is.

Graskarper

De parabolische hengel klapt bijna dubbel.

Door het groen

Op het moment dat ik wat weerstand voel, zet ik gedecideerd de haak en mijn soepele hengel klapt dubbel. Hangen! Ik hoor de lijn door de oppervlakte sissen als de vis er met topsnelheid vandoor gaat. De diepte kan hij in de ondiepe poldersloot niet in, dus neemt de vis in de eerste run meters lijn zover mogelijk bij mij vandaan, rechts de sloot in en duikt vervolgens vol een wierbed in.

Met veel moeite trek ik de vis, samen met de nodige kilo’s groen weer vrij. De vis is duidelijk even van slag met al dat groen rond zijn kop en komt als een mak lammetje richting net. Bijna kan ik hem in één keer scheppen, maar bij het zicht van het net (en mij!) ontploft de graskarper en spurt weer weg.

Graskarper

En weer spurt de graskarper weg.

De dikke bundel wier hangt in een vervaarlijke hoek in de lijn en ik vrees dat daardoor de haak niet lang zal houden. Die zit klaarblijkelijk stevig verankerd want vijf minuten later, na de nodige angstige momenten, ligt er een grote graskarper in het net die beslist richting de meter gaat.

Monster

Als ik het net en de vis op de mat wil tillen, valt dat niet mee, wat heet! Even denk ik dat ik aan de kant vast zit met al dat wier in het net maar dan zie ik pas hoe ongelooflijk dik en hoog deze graskarper is. Een slagschip met een enorme kiel! De vis meet ‘slechts’ 105 cm bij een gewicht van 20,2 kg! Hoewel ik in deze polder al eerder 15 kg+ vissen heb gevangen, komt dit monster toch als een regelrechte verrassing.

Graskarper

Een regelrechte verrassing is dit monster.

Met de zelfontspanner schiet ik gehaast wat plaatjes, die later niet al te best uitpakken, maar ik wil de vis weer zo snel mogelijk laten zwemmen, wetend dat graskarpers tere, kwetsbare vissen zijn, zeker wanneer het water zo warm is als nu.

Graskarper

De massieve kop van een intrigerende en tere vis.

Boeggolf

De ochtend- en avonduren zijn vaak het productiefst, maar niet omdat de graskarpers dan, net als karpers, ook het actiefst zijn. Het heeft meer te maken met het feit dat dan, met de verminderde lichtintensiteit, de graskarpers wat minder op hun hoede zijn en het aas vaak resoluter pakken. Dat neemt niet weg dat je de hele zomerdag kans hebt om een graskarper te vangen, al zul je dan nog meer je best moeten doen om je aanwezigheid zo min mogelijk kenbaar te maken en je vaak meer afstand moet houden om ze niet alsnog te verschrikken.

Maar ook al doe je nog zo je best, ook al sluip je als een commando in tijgergang en houd je tientallen meters afstand, dan nog zal het gebeuren dat er plots, vanuit het niets, een graskarper schrikt en met een grote boeggolf verdwijnt, ondertussen de rest van de school meenemend. Frustrerend, maar dat hoort ook bij het vissen op graskarper!

Graskarper

Een scholenvis: waar er een zit, zitten er meer.

Intrigerend

Graskarper is een echte scholenvis en waar er één zit, zwemmen er geheid meer, zoveel is zeker! Als groep, soms wel van 20-50 exemplaren, grazen ze de beste plekken af. Zijn ze niet actief dan zie je ze vaak apathisch, typerend schuin in het water hangen met de kop omhoog, alles stoïcijns negerend wat in hun buurt aan komt drijven. Totdat er één in beweging komt en van een korst begint te snoepen. Dan kan het zomaar gebeuren dat de rest volgt en dat je uit het niets een heuse vreetorgie meemaakt. De graskarpers storten zich dan als een kamikaze op de korsten.

Maar zo snel als dat gebeurt kan het ook weer afgelopen zijn, alsof er een knopje omgezet is. Dat maakt het vissen op graskarpers zo intrigerend, zo verslavend. En het meest verslavend is toch wel het drijvend vissen met de korst. Een supervisuele, superspannende visserij en zeg nu zelf: wat is er mooier om een grote graskarper je broodkorst te zien benaderen, de verlossende kolk en je lijn te zien strak lopen, nadat de vis het aas goed gepakt heeft? Niets toch!?

Hete vissoort

Er wordt beweerd dat graskarpers het meeste eten wanneer het water 28 graden warm is. En dat ze dan wel tot 1,5 keer hun lichaamsgewicht aan waterplanten/wier kunnen verorberen! Of dat precies klopt weet ik niet. Ik weet wel dat ze zich in de zomermaanden als echte koeien kunnen gedragen. Ze blijven de hele dag actief, herkauwend op kilo’s groenvoer – mits dat voldoende aanwezig is natuurlijk!

Nu is het zo dat veel wateren steeds helderder worden met een overdaad aan wier en planten. Op wateren waar graskarper voorkomt is dat natuurlijk koren op de molen voor deze grazers. In de warmere maanden kunnen ze soms kilo’s aankomen en een flinke groeispurt maken.

In de warmere maanden eten ze zich vol met kilo’s groenvoer.

Waterkoeien

Het steeds helderder wordende water met meer wier maakt het vissen op graskarper er niet altijd eenvoudiger op. Graskarpers zijn extreem schuwe vissen die de aanwezigheid van iets vreemds in hun omgeving gelijk opmerken. Bijvoorbeeld een visser (hoe stil en ‘onzichtbaar’ die zich ook gedraagt) – door trillingen, maar zeker ook visueel. Door al het extra voedsel van wierbedden en waterplanten zwemmen ze in het natuurlijke voedsel. Daardoor hebben maar al te vaak geen enkele interesse in ons aas. Voordeel van het heldere water is wel dat ze broodkorsten eerder opmerken. Graskarpers zijn nu eenmaal zeer visueel ingesteld, maar het nadeel is dat ze die dan vaak ook argwanender benaderen. Elk voordeel heeft zijn nadeel…

 

Lees ook

[irp posts=”3878″ name=”Beet Missie: struinen op karper met Boudewijn Margadant”]

[irp posts=”14907″ name=”Graskarper: Explosieve notenkraker”]