STEFFEN SCHULZ – Van snoekbaars is bekend dat ze een voorkeur hebben voor schaduw, troebel water, een harde bodem en stabiele omstandigheden. Het is in de Benelux misschien wel de populairste roofvis van het moment, maar door hun wispelturige temperament zijn ze niet altijd gemakkelijk te vangen. Wanneer je als vliegvisser het spelletje wil winnen, dan zijn er een paar dingen waar je rekening mee moet houden. Steffen Schulz beschrijft welke dat zijn en wil ons overtuigen dat je met een streamer misschien meer succes kunt hebben dan met kunstaas.

Mijn eerste stappen binnen het roofvissen met een vliegvishengel concentreerden zich op het vangen van snoek. Niets bijzonders, veel andere vissers hebben hetzelfde gedaan. Streamers zijn zonder twijfel een uitstekend snoekaas. Tijdens mijn eerste pogingen, zelfs in mijn plaatselijke stuwmeer, kon ik al een paar snoekbaars als bijvangst noteren. Ze waren voor dit water uitzonderlijk, met enkele 70 cm plussers erbij. Zelfs bij het vissen op snoek met rubber kunstaas waren de aantallen en het formaat nog nooit zo groot. En het bleef niet enkel bij dit water; ook op andere, grote wateren ving ik regelmatig forse snoekbaars tijdens mijn snoektochten.

Wat een unit, geweldig toch?

De eerste ontmoeting met een echt kasteel was onvergetelijk, terwijl ik eigenlijk op snoek uitwas… Ik zat in mijn bellyboot en stripte de streamer in slow motion over het steile talud. Ik wilde er zeker van zijn dat ik dicht bij de bodem aan het vissen was. Tijdens een langdurige zinkfase kwam er een ongelooflijk harde en directe aanbeet. Achteraf weet je dat bijna geen enkele snoekbeet zo aanvoelt, dit kan alleen een snoekbaarsbeet zijn. Even later lag er een enorme snoekbaars van 89,5 cm in het net. Ik snakte meteen naar meer snoekbaars op de vlieghengel. Het moest toch mogelijk zijn om met de vliegenlat gericht op snoekbaars te vissen?

HET SPELBORD

Snoekbaars kunnen we bijna overal vinden: in meren, rivieren, kanalen en ook nog eens tegen de grond of op half water… Aangezien je met vliegvissen al enige beperking hebt wat betreft water- en stekkeuze, kies je het beste een water met een goed snoekbaarsbestand. Als het water licht tot erg troebel is, dan hebben we zelfs een goede kans om overdag grote snoekbaars te vangen.

Hoewel de EU-regelgeving leidt tot minder nutriëntrijk water, waardoor onze wateren steeds helderder worden, kunnen we nog steeds veel troebel water vinden met een groot snoekbaarsbestand. Nog belangrijker dan de troebelheid van het water is absoluut dat het typische structuren moet bevatten waar snoekbaars van houdt, zoals: overhangende bomen en struiken die schaduw bieden, een harde bodem, obstakels, mooie, steile taluds, plateaus, sluizen, bruggen, damwanden,  haveningangen, enzovoorts.

Nog belangrijker dan de troebelheid van het water is absoluut dat het typische structuren moet bevatten waar snoekbaars van houdt

Voordeel van de streamer: tussen de takken laten zinken en daar gelijk tergend langzaam presenteren.

HIDE & SEEK

Een boot is praktisch noodzakelijk wanneer je voor struiken, bij sluizen en onder bruggen wilt vissen. Tevens is het zoveel makkelijker om je streamer los te maken wanneer deze ergens achter blijft hangen… Want één ding is duidelijk: wie snoekbaars wil vangen, moet een groot risico nemen. Met een spinhengel is het relatief eenvoudig om een kunstaas los te trekken; met een vlieghengel is dit bijna onmogelijk vanwege de zware, trage lijn.

Over het algemeen, en vooral in troebel water, moet je de streamer dicht bij de snoekbaars presenteren. Ze zullen geen grote afstand tot het aas afleggen, vooral als het een streamer met relatief weinig actie betreft. Het geheim schuilt enerzijds in het plaatsen van het aas op een plek recht voor een struik of een steil talud en deze snel op diepte krijgen, terwijl je anderzijds tegelijkertijd een zo lang mogelijke zinkende fase wil bewerkstelligen. Terwijl snoekbaars ook nog wel eens een softbait tijdens de inhaalfase pakt, komt 90% van de beten tijdens het vliegvissen tijdens de zinkende fase.

Als we over de techniek van binnen strippen hebben, één of meerdere keren strippen, sterk of voorzichtig, het beste resultaat hangt af van de stemming van de snoekbaars op die dag en, nog belangrijker, van onze visplek. Met name bij het vissen voor struiken en over obstakels, plekken die zeker een paar snoekbaarzen zullen huizen, moeten we zo dicht mogelijk bij zowel de vis als de obstakels komen, terwijl we ook een zinkende fase inbouwen, zonder dat de streamer vastloopt. Als je de plek te snel afvist, mis je misschien vissen die de streamer niet eens zien.

Met een Aftma 10 hengel heb je power genoeg om de enkele haak in het puntje van de bek te zetten.

TACKLE TALK

  • Een klasse 10 hengel is uitstekend geschikt voor dit type visserij. Het is voldoende sterk om bij subtiele aanbeten de haak te kunnen zetten en geeft genoeg om te voorkomen dat een vis in een obstakel zwemt. Als de omstandigheden vaak veranderen, kunt je het beste twee hengels bij de hand hebben.
  • Een intermediate of drijvende lijn met ‘sink’ 3 en een sink tip 6 of 7 is meestal de beste keuze voor diepten van 1,5 tot 6 meter (Airflo Elbi’s Special Pike fly line # 10 sink 7 und Guideline Pike Series Fly Line # 10 int./sink3).
  • Een stripmand voorkomt irritante klitten en maakt onze nauwkeurige werptechniek effectiever. Je moet ook een anker laten vallen zodra het winderig wordt of wanneer je een veelbelovende plek vindt. Houd het touw zo kort mogelijk om die vervelende heen-en-weerbewegingen te vermijden. Een extra tip: door hun zuigkracht zijn snoekbaars geweldig om de vlieg in de knoop te krijgen. Met name bij zachte materialen is het handig om een ​​borstel of een hondenkam bij de hand te hebben om na het onthaken de streamer weer netjes te krijgen.

Mooie dril op de vliegenlat

MINDER IS MEER

Daarom moeten we streamers vissen die ongeveer 12-18 cm lang zijn en tevens gemakkelijk te werpen zijn. Grote, bossige streamers, misschien zelfs met een wiebelende staart, zorgen voor een moeilijkere en minder nauwkeurige worp. Zachte materialen, die ook belangrijk zijn voor de zinkfase, leveren meer vis op. Precisie is de sleutel tot dit type visserij. Tegelijkertijd heeft het geen zin om het te overdrijven met enorme werpafstanden. Niet alleen kun je nauwkeuriger werpen op een afstand van 10-15 meter, ook kun je de vlieg na een backswing sneller weer het water in krijgen en meer afstand overbruggen. Minder worpen = meer vistijd. Daarnaast is de streamer makkelijker te controleren over korte afstanden.

Onze streamer moet de grond raken, om deze weer omhoog te brengen, om te voorkomen dat hij blijft haken. Als we op 25 meter afstand werpen, is het veel moeilijker om de vlieg van de grond te liften, simpelweg omdat er meer lijn in het water de streamer naar beneden trekt. Less is more is ook cruciaal als het gaat om de leader.

Een 1 meter lange, 40/00 nylon leader is voldoende; dit is soepeler en zinkt minder snel dan hard mono of fluorocarbon materiaal. De twee laatst genoemde materialen zouden eerder op de bodem liggen dan een langzaam zinkende streamer. Zelfs in helder water gaat effectiviteit voor (on)zichtbaarheid van fluorocarbon.

Werp je veel onder struiken, dan is een kortere leader een betere optie. Een stalen onderlijn van 10 kg is essentieel. Het moet zacht, glad en dun zijn. Dit beschermt je tegen snoek en de vlieg loopt veel beter door het water dan met 60/00 fluorocarbon. Naar mijn mening is de Rio Wire Bite Steel de beste keuze.

De drie favoriete streamers van Steffen. Het onderste model is de best vangende streamer gebleken. De subtiele violet UV kleuren lijken met name overdag erg effectief

SNOEKBAARS STREAMER

Snoekbaars is wat mij betreft uitdagender dan snoek. Zoals eerder beschreven dienen de vezels lekker zacht te zijn, omdat we heel langzaam moeten vissen, terwijl we tegelijkertijd een verleidelijke actie willen behouden. De streamer moet 12-18 cm lang zijn. Probeer in troebel water zeker UV-actieve materialen uit (bijvoorbeeld oranje, fluorescerend groen of violet). Maar zelfs in zeer troebele wateren kan subtiele decoratie vaak een grote hit zijn.

Snoekbaars is wat mij betreft uitdagender dan snoek

Onverzwaarde streamers lenen zich goed voor deze techniek, als de diepte het toelaat, en zijn vaak beter omdat ze langzamer zinken. Afhankelijk van je persoonlijke voorkeur, of vertrouwen, kan het lonen om een ratel in te bouwen​. Dit trekt vaak de aandacht van snoekbaars in troebel en donker water. Afhankelijk van het water is het in het begin vooral een kwestie van veel verschillende elementen uitproberen.

Na de vangst heeft deze streamer een kambeurt nodig!

Wie je met de streamer en vliegenlat op snoekbaars wil vissen, dan moet je een gedetailleerd plan van aanpak opstellen; simpelweg op pad gaan en beginnen met vissen leidt zelden tot het gewenste resultaat. Met snoek en baars kun je nog wel succes hebben, ook al kloppen niet alle elementen of omstandigheden. Bij snoekbaars ligt dit anders, vaak enkel wanneer je de techniek, stekkeuze en het materiaal op elkaar weet af te stemmen ga je echt goed vangen. En dan nog moet de wispelturige snoekbaars zin hebben om te azen. Dat maakt het spelletje er alleen maar leuker op!

Nog een voordeel van streamers: met de enkele haak gaat onthaken makkelijk en kun je de vis weer snel releasen!

|> DIT ARTIKEL VERSCHEEN EERDER IN BEET JUNI 2020

Beet is als los exemplaar te koop in de boekwinkel of neem NU een voordelig jaarabonnement en ontvang Beet Magazine iedere 6 weken thuis op de mat.