ROLF BOUMAN – Ieder jaar probeer ik een buitenlandse trip te maken die geheel in het teken van het vissen staat. Maanden van voorbereiding om vooral niets tekort te komen wanneer we eenmaal ter plaatse zijn, heerlijk die voorpret. 90% Van de spullen die meegaan zijn vis-gerelateerd, de overige 10% bestaat uit een paar schone onderbroeken, een fris T-shirt en een tandenborstel.

Hoe anders is het als ik met mijn gezin op pad ga? Dan zit mijn koffer vol met snorkels, spelletjes, bergen kleding en zie daar! In het 10%-hoekje linksonder ligt gewoon een reishengeltje! Logisch natuurlijk, want we gaan dan wel op NIET-visvakantie, er moet natuurlijk wel even stiekem gehengeld worden.

Overal

Vis zwemt overal! Zout, zoet, brak, het maakt niks uit, ze zitten er. Of je nu op de camping in Drenthe bent, ergens een huisje geboekt hebt aan een Zwitsers bergmeertje of je ligt te bakken op de Spaanse playa, de vis is nooit ver weg. En die vis moet natuurlijk gevangen worden, daar hoeven we niet al te lang over te discussiëren, mag ik hopen.

Combineren

Op vakantie met het gezin is natuurlijk heel anders dan wanneer je een week gaat liggen stinken met je vismaat aan de oevers van een of ander visrijk nat in Frankrijk of zo. Er moet gecombineerd worden. Alles is belangrijker dan vissen tijdens een gezinsvakantie. Verse broodjes scoren in de ochtend, zwemmen in zee of het zwembadje, sightseeing en natuurlijk de onvermijdelijke terrasjes en dagtrips naar de highlights in de omgeving. Allemaal leuk en aardig, om papa blij en tevreden te houden is het noodzakelijk hem om de dag een half uurtje vistijd te gunnen. En die momenten moeten optimaal benut worden! Hoe pakken we dit aan?

Efficiënt

Het begint thuis al met het efficiënt pakken van je visspulletjes. Dat kleine hoekje linksonder in de koffer biedt niet veel mogelijkheden, dus moeten we slim te werk gaan. Vaak weet ik niet eens wat voor vissoorten ik kan verwachten, dus probeer ik van alles wat mee te nemen. Haken in alle maten, van haakje 14 tot haak 4, groter heeft geen nut want dan gaat het op big-game lijken. Een hengel is ook wel handig hoewel je met een handlijn ook wel een eind kunt komen. Voorheen had ik Shimano reishengels, supergave stokken, maar eigenlijk toch net te groot (in opgeruimde toestand 70 cm) om in de koffer te verstoppen.

Niet lang geleden vond ik op een bekende viswebsite een geinig 5-delig reishengeltje, een soort van stevige spinstok met een transportlengte van iets meer dan 50 cm en dus ideaal om in de koffer te doen. De werpmolen die ik gebruik is er eentje in de 4000-klasse, een spinmolen dus. Op de spoel een dyneema lijn. Waarom gevlochten lijn? Wel, mocht er onverhoopt iets groots te vangen zijn dan is dyneema sterker dan een nylon lijn bij dezelfde diameter. 50/00 nylon op een spinmolen spoelen is natuurlijk een beetje onzinnig. Wat ik daarnaast altijd meeneem is een paar kleine rolletjes nylon van 20/00 en 40/00, die gebruik ik dan als voorslag indien dat wenselijk is.

Toilettas

Alles wat mee gaat moet wat mij betreft in een toilettas passen, inclusief de molen. Een paar dobbertjes, wat loodhagels, wartels, een schaartje, dat soort zaken. Wartellood neem ik nooit mee, er is altijd wel een steen te vinden en met een paar elastiekjes of ductape heb je zo iets in elkaar geflanst. Aas is ook niet al te ingewikkeld, brood kun je overal kopen en voor op zee is inktvis nog steeds een top aasje. Tenslotte mogen een paar lepels en wat kleine pilkertjes niet ontbreken.

Bijtpaling

Na een bezoek aan de lokale supermarkt, alwaar ik een zak bevroren paella vismix heb gekocht, is het tijd om het water op te zoeken. De slappe stukjes krab gooi ik direct in het water om alvast wat vis aan te trekken, het stevigere inktvisvlees prik ik op de haak 6. Als de kleine snoekdobber na een paar minuten al keihard onder knalt is het een verrassing wat er boven komt. Dat maakt het vissen op zout water eigenlijk nog leuker, de ene vis is nog gekleurder dan de andere en je weet nooit wat er aan hangt.

Een zwartgele murene is de sjaak, niet echt een rielekste vis om te onthaken want ze kunnen flink bijten. Met een drijfnat lapje lukt het me om deze tropische bijtpaling vast te pakken en de haak los te wippen.

De volgende vis heeft witgele streepjes en als het een kwartier later donker is, komt er een rode eekhoornvis omhoog. Het half uurtje wordt dus toch een uur, maar gelukkig vindt de aanhang het allemaal prima.

Minimaal

Eigenlijk vind ik het wel gaaf om met minimale middelen een vis te kunnen vangen. Het boeit me dan ook werkelijk geen zier hoe groot zo’n vis dan is. Gewoon lekker aan rommelen met een simpel hengeltje zoals het ooit begon. Even geen voerboten, dieptemeters met side imaging, rodpods en tenten. Gewoon een toilettas met wat rotzooitjes, een snee brood of een halve inktvis en gaan! Heerlijk zo’n NIET-visvakantie!