‘Go big or go home’; een veel gehoorde uitspraak in de roofvisserij, waarbij mensen meestal doelen op het formaat van het kunstaas. Het is tegenwoordig erg populair om met groot aas te vissen, simpelweg omdat mensen graag zo groot mogelijke vissen vangen. Ik ben persoonlijk van mening dat het gebruik van kleiner kunstaas juist de weg naar een grote vangst vrij maakt. Waarom? Dat zal ik proberen uit te leggen.

Tekst en foto’s: Simon Torenbeek

Dat ik groot fan ben van het gebruik van wat kleiner kunstaas weten mijn vismaten maar al te goed. Ik spreek nog vaak over een memorabele visdag op het magische Volkerak, waarbij we het gemunt hadden op snoek en misschien wat baarzen. Mijn vismaten waren de hele dag bezig met middelgroot tot groot kunstaas. Ik wisselde veel met wat kleiner kunstaas, en drie keer raden wie die dag zijn PR snoek ving! Wat genoemd moet worden is dat het een onwijs taaie dag was. Honderden worpen op mooie spots bleven compleet onbeantwoord. Uiteindelijk begon ik met een shadje, gerigd op een 15-grams loodkopje de eerste contacten met vis te krijgen. Allemaal mis, maar ik zat in elk geval op de goede weg. Tot het moment dat ik ineens een subtiel tikje voelde en de haak zette op beton. Vis! Een chaotisch gevecht ontvouwde zich en ik kon mijn ogen haast niet geloven toen we de vis voorzichtig op het meetlint legden; 128 prachtige centimeters! En dat op een shadje van tien centimeter, gevist aan een 20-grams spinhengel.

Grote snoekbaars met klein kunstaas.

Grote snoekbaars met klein kunstaas.

WAARDEVOLLE INFORMATIE

Uiteraard komt de uitspraak ‘Go big or go home’ niet uit de lucht vallen. Groot kunstaas (25 cm+) kan bijzonder effectief zijn om specifiek de mega-snoeken te vangen. Niet alleen omdat het veel meer opvalt en natuurlijk een grote hap is voor een grote vis, maar ook omdat je simpelweg de kleinere snoeken wegfiltert. Hierdoor ga je automatisch gemiddeld grotere snoeken vangen, al zal dit bijna altijd ten koste gaan van de aantallen die je vangt. Zelf vis ik dan ook af en toe met groot aas, zeker wanneer we bijvoorbeeld specifiek op grote snoek trollen met grote line-through swimbaits. Of natuurlijk het pelagisch vissen op grote snoek en snoekbaars; dan zit er standaard een Sick Vamper van 22 centimeter aan de speld. Wat ik echter mis bij het vissen met groot aas is informatie over wat de vissen die bewuste dag precies willen. Actief of juist rustig gevist kunstaas? Felle kleuren of natuurlijke kleuren? Diep tegen de taluds en aasvis, of juist tegen de planten aan? Hardbait of softbait? Subtiele beweging of juist veel herrie maken? Juist wanneer je met wat kleiner kunstaas vist, krijg je sneller antwoord op deze vragen.

Pelagisch vissen wel standaard met wat groter kunstaas.

Pelagisch vissen wel standaard met wat groter kunstaas.

ELKE DAG WEER ANDERS

Het is in mijn ervaring zo dat elke dag weer een andere dag is. Elke dag kan iets anders het beste werken om vis te vangen. Het vissen (zeker op groot water!) is dan ook een soort puzzel, waarbij tientallen, misschien honderden factoren van invloed zijn op de visserij. Natuurlijk zijn er stekken en technieken die (bijna) altijd werken, maar wil je echt scoren en nog meer kans maken op die ene grote droomvis, moet je zo veel mogelijk puzzelstukjes zien te leggen en de code van de dag proberen te kraken. Juist dat vind ik ook heel erg leuk. Veel technieken proberen, informatie terugkrijgen van de vis over wat wel en niet werkt. Aanpassen, tweaken en scoren! In theorie klinkt dit natuurlijk fantastisch, maar hoe ga je hier nu praktisch gezien mee aan de slag? Dat zal ik proberen uit te leggen.

 

De rest van het artikel lees je in de decemberuitgave van Beet die half december bij de abonnees op de deurmat lag en ongeveer vanaf dat tijdstip te koop is in de hengelsportzaken, boeken- en tijdschriftenwinkels. Voor een abonnement op Beet – Magazine ga je naar shop.beet.nl/category/abonnementen/.