MAXIMILIAAN CLAUS – Wanneer de aanbeten tijdens het actieve vissen op het ondiepe afnemen, de temperatuur daalt en rust op het water toeneemt is het zaak om de tactiek aan te passen aan de veranderde omstandigheden. In het laatste deel van dit tweeluik neemt Maximiliaan Claus ons mee in zijn winterse doodaasvisserij.

De herfstbladeren zijn gevallen en bedekt met ijskristallen. Het landschap is wit en er hangt een laag mist over de stek. Het water is spiegelglad en de donkere massa lijkt geen teken van leven te vertonen. Geen kringetjes van kleine vis, geen aasbellen van karpers en geen klappen op het water van roofvis.

Met iedere ademhaling blaas ik een wolkje rook naar buiten, maar plots stopt de ademhaling voor een moment. Het moment dat de beetmelder een enkel piepje geeft. Zou er dan toch leven zijn, diep in het water? Terwijl ik dit denk beweegt de swinger zich langzaam naar boven en volgen er steeds meer piepen in een steeds vlotter wordend ritme. Ik pak de hengel en sla aan op een zware massa. Deze massa komt in beweging en laat zien dat er zeker leven in het stille, donkere water huist.

Een heuse winterwolf heeft zich vergrepen in een dode aasvis. De vis die boven komt vertoont meer gelijkenis met de wolven uit Game of Thrones dan met een standaard wolf, want met een omvang als dit lijkt deze vis uit een fantasiewereld te omen. Dit is het afzien in de vrieskou waard, dit zijn de snoeken waar we in de winter naar op zoek zijn. De
wintervisserij op zijn best.

GROTE, DIEPE WATEREN

In het eerste deel nam ik jullie mee met mijn kantvisserij in een herfstlandschap. Hierin begonnen we met actieve visserij met groot kunstaas en op diverse watertypen. Terwijl de temperatuur steeds verder daalt, daalt ook het aantal aanbeten tijdens de actieve visserij. De kleinere wateren en smallere wateren, zoals stadswateren, vijvers, beken en kanalen leveren nog steeds vis op, maar hier wordt hard voor gestreden en het aantal grote vissen is laag.

De vissen beginnen steeds meer vast op de bodem te liggen op de winterplekken, wat duidelijk te zien is aan de bloedzuigertjes die geregeld op de vinnen te zien zijn. Deze omstandigheden vragen om een andere aanpak. Vanaf de kant is dit voor mij de doodaasvisserij, voor mij dé manier om in deze periode grote snoeken te vangen.

Het grootste deel van mijn doodaasvisserij speelt zich af op grote open wateren, zoals zandwinputten en rivierplassen. Voor de vissers die denken de rest voor te kunnen zijn door aan het eind van de zomer al te beginnen, is het belangrijk om rekening te houden met de spronglaag. Dit is een scheiding tussen koud, zuurstofarm water en warmer, zuurstofrijk water, die in de warmere maanden aanwezig kan zijn.

Aangezien de omstandigheden onder de spronglaag zo ongunstig zijn voor vissen om te overleven, maken ze in de zomermaanden enkel gebruik van de ondiepe, warmere en zuurstofrijke bovenlaag. Zodra de temperaturen beginnen te dalen en de weersomstandigheden ruiger worden beginnen de twee waterlagen weer te mixen. Dit zorgt ervoor dat vissen weer gebruik kunnen maken van de gehele waterkolom en dat wij ook weer vis kunnen verwachten in het gehele water.

Om te kijken in hoeverre de snoeken op de overwinteringsplekken aanwezig zijn maak ik in de herfst enkele proefsessies en ga ik stekken verkennen. Hiermee begin ik meestal rond eind oktober- begin november Soms levert dit al mooie vangsten op, soms moet ik nog even wachten tot de nachtvorst zijn intrede maakt, voor de winterstekken gaan produceren.

 

|> Het hele artikel lezen? “Waterwolven” en nog veel meer interessante artikelen kun je lezen in Beet 9  NU te koop voor € 6,95 in de betere hengelsportspeciaalzaak en de boekhandel.

 

Altijd op de hoogte blijven van het laatste hengelsportnieuws?

Met een abonnement van Beet ontvang je 9X per jaar je favoriete hengelsportmagazine NU met 50% KORTING!  Zo blijf je thuis en onderweg op de hoogte van de laatste nieuwtjes, lees je blogs van bekende hengelsporters en artikelen van onze redactie voor slechts € 3,33 per nummer.