Hoe vis je met de vaste hengel op voorn?

JAN VAN SCHENDEL – Met de vaste hengel op voorn is een ideale techniek. Er is simpelweg geen andere hengel te bedenken waarmee je effectiever en secuurder kunt vissen. De dobber (en het stuk lijn daaronder, dus richting de haak) kan tot op de centimeter nauwkeurig op de juiste plaats in het water worden gelegd en vooral wanneer je ‘stekend’ vist, met een korte opslag tussen dobber en hengeltop, kun je de gebruikte montage perfect controleren en sturen. Met de vaste hengel heb je maximale controle. Vaste hengels zijn er in allerlei prijsklassen. Zoek altijd naar een zo strak mogelijke hengel en vis met een elastiekmontage.

1. Welke vaste hengel voor het vissen op voorn?

Soms komt het voor dat er enorme hoeveelheden voorns te vangen zijn. Dat is typisch iets van ‘op de juiste plaats, op het juiste moment’. De snelste manier van vissen is dan, zoals dat heet, ‘in de hand’. Wat wil zeggen met een iets kortere lijn dan de hengellengte. Bij dit soort visserij heb je eigenlijk een iets slappere hengel nodig om de dobber en montage weg te kunnen zetten. Telescoophengels zijn hiervoor vaak heel goed geschikt. Zorg voor een goede glasvezel ‘spriet’ in de hengeltop of vis met een hele korte maar dikke elastiekmontage voor de juiste demping bij het zetten van de haak.

2. Hoe vis je met elastiek op voorn?

Bij het vissen op voorns zul je meestal een niet al te dikke nylon hoofdlijn gebruiken. Een dikkere hoofdlijn dan 12/00 komt alleen voor wanneer er extreem goede vangsten te verwachten zijn. Ook zullen de gebruikte haakjes vaak niet zo groot zijn. Aan de hand van de hoofdlijn en haakmaat kies je het elastiek. Ieder merk heeft zijn eigen kleuren en maten. De met afstand meest gebruikte elastiekdiktes voor het vissen op voorn zijn de 0,80, 0,90 en de 1 mm. Hoe fijner en dunner de gebruikte nylon en vooral hoe kleiner de gebruikte haak, des te dunner ook het te gebruiken elastiek.

vaste hengel voorn

3. Welke dobbers heb je nodig?

Het te gebruiken dobbermodel is altijd afhankelijk van de omstandigheden. Op stromende wateren heb je nu eenmaal andere dobbers nodig dan op stilstaande wateren. Het vissen op voorns is meestal een delicate bezigheid. Vis altijd zo licht mogelijk voor de omstandigheden en zorg dat de dobber goed is uitgelood. Hoe minder weerstand de vissen voelen, des te beter het is.

vaste hengel voorn
Wanneer het water iets stroomt gaat er niets boven een iets bolvormig model. Op stilstaande wateren is een slanke dobber vaak een beter keuze.

4. Welke nylon is aan te raden?

Er zijn tegenwoordig veel verschillende goede soorten nylon op de markt, die allemaal hun eigen specifieke eigenschappen hebben. Ik heb al sinds jaren voor dit soort visserij het maximale vertrouwen in de JVS Extreme nylon. Simpelweg een goed nylon voor een betaalbare prijs. Andere goede soorten zijn de Hercules van Tubertini en de G-Line van Spro. Er zijn absoluut nog meer goede nylonsoorten, maar daar heb ik persoonlijk geen ervaring mee.

5. Wanneer gebruik je fluorocarbon?

Wanneer het water helder is, kunnen de vissen meer zien. Als visser zul je op helder water nog meer dan normaal moeten camoufleren. Wat betreft materiaal zijn fluorocarbon lijnen onder water absoluut minder goed zichtbaar voor de rondzwemmende vissen dan gewoon nylon. Dat is een bewezen feit. Bij helder water is het gebruik van fluorocarbon dan ook aan te raden, met name als onderlijnmateriaal. Het is nu eenmaal zo dat hoe dichter je bij de haak komt, des te belangrijker alles wordt.

vaste hengel voorn

6. Hoe lang moet de onderlijn bij voornvissen zijn?

Volgens mij bestaat de ideale onderlijnlengte voor het vissen op voorn niet. Juist bij het voornvissen moet die lengte perfect kloppen om zo min mogelijk aanbeten te missen en dus zo effectief mogelijk te vissen. Hoe kleiner de voorns, des te korter de onderlijn. Daar komt het op neer. Wanneer ik met de vaste hengel in jachthavens op kleine voorn vis, gebruik ik een onderlijn van 15 centimeter. Vis ik op grotere voorns met een caster op de haak, dan gebruik ik een 18 centimeter lange onderlijn.

7. Hoe monteer je loodhagels op de lijn?

Het maakt op zich niet zoveel uit welk soort lood je gebruikt. Wel moet je ervoor zorgen dat de loodhagels die je gebruikt mooi gecentreerd en niet schots en scheef op het nylon komen te staan. Iedereen heeft het altijd over zacht lood. Waarom? Lood mag gerust wat harder zijn maar het moet goed op de nylon worden gezet, daar gaat het om. De beste manier is om de loodhagel eerst dicht te knijpen en daarna nog eens met een loodtang op het zonet dichtgedrukte ‘nerfje’ te drukken. Het lood moet altijd over de nylon te schuiven zijn zonder dat deze beschadigd raakt. Voor mij is het gebruik van een Preston Stotz tangetje of een JVS Pincher een absolute must! Ik ken geen beter hulpmiddel om loodjes goed op een lijn te krijgen.

vaste hengel voorn

8. Hoe ziet een standaard loodzetting er uit?

Op kanalen en ook op rivieren gebruik ik vaak een andere en wat meer geraffineerde loodzetting van een bulklood (bij zwaardere dobbers is dat een olivette, bij lichtere dobbers een kettinkje van loodhagels) met daaronder een of twee zogenaamde ‘valloodjes’. Zo’n montage maakt het wat gemakkelijker om het haakaas iets delicater aan te bieden en er iets meer mee te bewegen. De grootte van de valloodjes is normaal tussen nummer 8 en 11, dit afhankelijk van de waterbeweging en het gebruikte dobbergewicht.

vaste hengel voorn

9. Hoe ziet de loodverdeling in een (jacht)haven er uit?

Je laat in jachthavens de montage veel directer onder de hengeltop naar de bodem zakken en dat vereist een speciale aanpak. In jachthavens gebruik ik bij dobbers zwaarder dan 1 gram een langwerpig olivette (druppelloodje) met daar onmiddellijk onder een kettinkje van zeker acht tot tien loodjes, die vrijwel altijd allemaal tegen elkaar staan pal boven de onderlijn. Een kleiner aantal loodjes of een korter model olivette resulteert gegarandeerd in pruiken tijdens het vissen.

vaste hengel voorn

10. Hoe vis je op water dat in beweging is?

Vaak is het tijdens het vissen volledig duidelijk hoe de beweging van het water is. Op een rivier of stromend kanaal kan daarover geen twijfel zijn. Bij sommige andere wateren is dit vaak minder duidelijk en soms is deze zelfs tegengesteld aan de richting waarin de bovenlaag van het water wordt opgestuwd. Probeer altijd om onderstrooms van de aangevoerde visplek op een zo natuurlijk mogelijke manier je aas aan te bieden. Dit geldt met name voor de visserij op voorns, maar het is eigenlijk bij iedere visserij belangrijk.

11. Op wat voor diepte moet je op voorn vissen?

Voorns zwemmen lang niet altijd alleen maar net boven de bodem. Met name tijdens de warmere zomermaanden zoeken ze naar voedsel in werkelijk alle waterlagen. Denk eens aan stille zomeravonden, wanneer je ze aan de oppervlakte kunt zien azen op insecten. Met name door los aas bij te voeren kun je de voorns soms omhoog lokken. Alle vissen willen als eerste bij het zakkende aas komen. Zo kweekt een visser voedselnijd. Let op, de grootste voorns kun je vaak het meest ondiep gevangen.

VOND JE DIT ARTIKEL INTERESSANT?

[irp posts=”21912″ name=”Hoe vis je met de feederhengel op voorn?”]

[irp posts=”21914″ name=”Hoe vis je met de matchhengel op voorn?”]

gerelateerde artikelen

Instagram