Wie succesvol in de winter met de feederhengel wil vissen moet zijn tactiek, voer en materiaal enigszins aanpassen. De winter is immers niet de gemakkelijkste periode om witvis te vangen. Beet geeft je twaalf tips voor strakke lijnen, kromme hengels en natte landingsnetten.

Door Marco Beck

1. Twee verschillende voertjes

In de winter loont het om te experimenten met verschillende typen voertjes. Bijvoorbeeld een lichtgekleurd (Sensas Feeder 3000) en een zwartgekleurd lokvoer (Sensas Super Black Feeder).

In de winter loont het om te experimenten met verschillende typen voertjes. Bijvoorbeeld een licht gekleurd (Sensas Feeder 3000) en een zwart gekleurd lokvoer (Sensas Super Black Feeder).

Met deze kleuren kun je kiezen om het voer te laten opvallen of aan de kleur van de waterbodem aan te passen. Beide genoemde voertjes zijn speciaal ontwikkeld voor het feedervissen.

2. Aarde door het voer

Een bestandsdeel wat niet in een winters feedervoertje mag ontbreken is aarde, jawel, doodsimpele aarde.

Een bestandsdeel wat niet in een winters feedervoertje mag ontbreken is aarde, jawel, doodsimpele aarde.

Te koop in de betere hengelsportzaken. De aarde zorgt ervoor dat een bal lokvoer op de bodem snel uit elkaar valt. Bovendien creëert dit een wolk die vissen erop attendeert dat er wat lekkers te halen valt. Vaste hengelvissers gebruiken aarde vaak om hun voertje zwaarder te maken.

3. Met de voerkorf voeren
In de winter is het niet verstandig om een voerplek te maken door voerballen met de hand of met een katapult in het water te deponeren of veel te voeren.

Wat beter werkt is om een gevulde, grote voerkorf vijf tot tien keer op de stek te plaatsen. Zo creëer je een compacte, niet-verzadigende voerplek.

Wat beter werkt is om een gevulde, grote voerkorf vijf tot tien keer op de stek te plaatsen. Zo creëer je een compacte, niet-verzadigende voerplek.

4. Korfjes plakken
Om te voorkomen dat tijdens de zinkfase voer of losse partikels zoals maden uit de korf komen, kun je dit met een zeer eenvoudige en effectieve tip tegengaan.

Door de gaaskorf met plaktape te omwikkelen, komt minder voer tijdens de zinkfase los. Zo kun je naar gelang de situatie je eigen, perfect gesloten voerkorf maken.

Door de gaaskorf met plaktape te omwikkelen, komt minder voer tijdens de zinkfase los. Zo kun je naar gelang de situatie je eigen, perfect gesloten voerkorf maken.

5. De sandwich

In de winter moet je de vissen niet teveel voedselrijk voer voorschotelen, zoals maden. Anders eten ze binnen de kortste tijd hun buikje helemaal rond.

In de winter moet je de vissen niet teveel voedselrijk voer voorschotelen, zoals maden. Anders eten ze binnen de kortste tijd hun buikje helemaal rond.

Plaats eerst een beetje lokvoer in de in tip 4 aangepaste korf, plaats dan enkele maden en tot slot weer een laagje lokvoer.

Plaats eerst een beetje lokvoer in de in tip 4 aangepaste korf, plaats dan enkele maden en tot slot weer een laagje lokvoer.

Druk het geheel aan en je hebt een ‘light’ sandwich. Op de bodem komt eerst het voer los en pas later de maden.

Druk het geheel aan en je hebt een ‘light’ sandwich. Op de bodem komt eerst het voer los en pas later de maden.

6. Werpen met concentratie
In de winter is het belangrijk dat je de voerkorf op dezelfde plek plaatst en een geconcentreerde voerplek maakt. De juiste werprichting is hierbij essentieel. Concentreer je voor de worp.

Neem een vast punt aan de overkant van het water, zoals een boom of mast, in het vizier en werp die richting op door de hengel boven je hoofd te houden en met een gecontroleerde beweging naar voren te brengen.

Neem een vast punt aan de overkant van het water, zoals een boom of mast, in het vizier en werp die richting op door de hengel boven je hoofd te houden en met een gecontroleerde beweging naar voren te brengen.

7. Kleine porties
Veel witvissers zijn het er over eens: maden zijn het winterse topaas. In deze periode moet je de vissen echter maar kleine hoeveelheden voorschotelen.

Twee tot drie maden aan de haak zijn ruimschoots voldoende.

Twee tot drie maden aan de haak zijn ruimschoots voldoende.

In het koude water staat alles op een lager pitje en verorberen ze niet, wat ze in de zomer wel doen, zes of zeven maden aan de haak. Bovendien vangt levend aas in de winter beter dan niet-levend aas.

8. Verschillende korven

Gebruik verschillende korven voor verschillende situaties.

Gebruik verschillende korven voor verschillende situaties.

De ronde gaaskorf gebruik je op stilstaand of licht stromend water. De vierkante gaaskorf blijft dankzij zijn vierkante vorm goed op de bodem liggen. De gesloten, kunststof voerkorven gebruik je wanneer weinig voeren gewenst is. Ook als er zich veel obstakels in het water bevinden is een plastic voerkorf beter. Deze komt eerder naar de oppervlakte en blijft minder snel achter obstakels haken.

9. Aroma verleiding
Lokstoffen die je op de gevulde voerkorf kunt sprayen horen eigenlijk in de vistas van elke feedervisser thuis. Aroma’s zoals vanille en scopex hebben ook in de winter hun waarde bewezen. Een klein beetje spray geeft de voerkorf net een extra beetje aantrekkingskracht om de lastige wintervissen over de streep te trekken.

Gebruik de aroma’s niet bij aanvang, maar juist wanneer je geen vis vangt.

Gebruik de aroma’s niet bij aanvang, maar juist wanneer je geen vis vangt.

10. Maïs
In de winter vangt klein aas beter dan groot aas, maar er zijn ook uitzonderingen…

Er zijn soms dagen dat een enkele maïskorrel wonderen verricht.

Er zijn soms dagen dat een enkele maïskorrel wonderen verricht.

Een opvallend gekleurde korrel lijkt vissen hier eerder attent op te maken. Een voordeel van groot aas zijn de duidelijke, doorzettende aanbeten. Als ze het aas namelijk naar binnen zuigen, spuwen ze het vaak ook niet meer uit, dat kost simpelweg teveel energie.

11. Zachte demping
Om telkens dezelfde afstand te werpen leggen veel vissers hun dunne gevlochten hoofdlijn achter de clip op de molenspoel. Gevolg is wel dat hier een zwakke plek in de lijn kan ontstaan. Met behulp van een tien centimeter lang stuk powergum (soort elastiek) kun je dit probleem voorkomen.

Werp de montage op de stek. Knoop de powergum tot een lus en leg deze achter de lijnclip.

Werp de montage op de stek. Knoop de powergum tot een lus en leg deze achter de lijnclip.

Leg de lus driemaal om de molenspoel en haal de montage binnen.

Leg de lus driemaal om de molenspoel en haal de montage binnen.

Door de lussen op de molenspoel krijg je hetzelfde effect als met de lijnclip.

12. Betere beten

Een zogenaamd ‘target board’ met verticale strepen helpt je om de kleinste trillingen van de feedertop waar te nemen.

Een zogenaamd ‘target board’ met verticale strepen helpt je om de kleinste trillingen van de feedertop waar te nemen.

Wanneer de vis voorzichtig aast, vaak het geval in de winter, kun je zo de minste of geringste aanbeet zien. Je hebt een vaste, stilstaande referentie. Dit in tegenstelling tot wanneer je geen target board hebt en de achtergrond van de top bewegend water of wuivend gras is. Het board plaats je zo dicht mogelijk tegen de feedertop aan.