Herfst en winter, misschien wel de mooiste jaargetijden van het jaar. Weet je de goede stekken, dan kun je fantastische vangsten boeken. In deze masterclass kijkt topvisser Koen Vandermolen alvast vooruit en voorziet je van nuttige tips om de komende tijd goed voorbereid naar de waterkant te gaan.
KOEN VANDERMOLEN
“Wat is jouw favoriete haakaas voor deze periode bij de visserij op commercials? Is dat wezenlijk anders dan bijvoorbeeld in de zomer?”
“Mijn favoriete aasje is zonder twijfel de pellet en iets specifieker is dit de harde pellet in een baitbandje. Deze visserij, met de pellet aangeboden in een bandje, heb ik geleerd en mij volledig eigen gemaakt, toen ik een paar jaar geleden in Engeland heb kunnen vissen met een aantal toppers van daar. Deze visserij doe ik enorm graag omdat je niet veel nodig hebt om toch goed vis te vangen.”
“Daarbij moet ik zeggen dat de pellet in de zomermaanden ook wel werkt, maar dan moet je natuurlijk rekening houden met de mensen die met de ‘bol’ vissen. Voor de Nederlandse lezers; de ‘bol’ staat voor het vissen met paste/deeg. In de zomermaanden wil dit wel eens beter werken dan de pelletvisserij. Nog een groot voordeel van deze manier van vissen, is dat je niet telkens je haakaas hoeft te vervangen na een aanbeet die je niet hebt kunnen verzilveren. Dit is vooral belangrijk en gemakkelijker bij het vissen op 11,5 of 13 meter.”
“Een typisch product dat veel gebruikt wordt in de Belgische vijvervisserij is couscous. Wanneer kies je hiervoor en hoe prepareer je dit?”
“Couscous werkt op sommige wateren inderdaad uitstekend, persoonlijk gebruik ik het uitsluitend bij mijn visserij in de kant. Normaal gesproken maak ik de couscous klaar zodra ik aan het water kom. Ik doe de hoeveelheid couscous die ik wil gaan gebruiken in een kom of emmertje en doe er water op. Je zult zien dat de couscous redelijk wat vocht gaat opnemen. Ik laat de couscous weken totdat ik er een bal van kan knijpen. Het liefst cup ik mijn couscous in een balletje omdat ik vind dat je dan minder last krijgt van lijnzwemmers. Vooral op vijvers die in de kant een redelijke diepte hebben wil je de vissen op de bodem laten azen.
De tijd staat niet stil zoals ze zeggen, ik heb al gezien dat sommige vissers testjes aan het doen zijn met het kleuren van de couscous. Zelf ben ik hier nog niet van overtuigd of dit enig verschil kan gaan maken. Nochtans heb ik altijd rode pellets of expanders bij me en al dikwijls heb ik hiermee een goed resultaat behaald. Misschien een goede tip om eens te proberen.”
“In de winter kan de methodfeeder een zeer effectieve manier van vissen zijn. Kies je voor pellets of juist voor voer om op de feeder te kneden?”
“Mijn keuze voor voer of pellets hangt eigenlijk af van een aantal factoren. Als eerste kijk ik wat de vissoort zal zijn die we het meeste kunnen verwachten. Wanneer dit brasem is dan zal ik altijd starten met voer op de feeder. Als we meer karper kunnen verwachten, start ik met pellets, meestal met micro of 3 mm pellets.”
“Een ander belangrijk aspect is het ritme van werpen met de methodfeeder. Hoe lang wacht je maximaal op een aanbeet alvorens opnieuw te werpen?”
“Starten doe ik meestal door een stuk of drie methodfeeders aan te voeren en zo de stek te voorzien van het eerste aas of voer. Hierna start ik met vissen in een ritme van ongeveer vijf minuten tussen iedere worp. Gaandeweg kun je dit ritme aanpassen aan de omstandigheden. Zeker bij een moeilijke visserij zal ik niet elke vijf minuten blijven voeren. Is het echt slecht, dan zal ik ook wel eens met een lege voerkorf werpen. Langer dan zeven minuten zal ik niet blijven liggen zonder enig teken van leven op mijn stek. Regelmatig wisselen van pellet of dumbell kan soms wonderen doen.”
“Hoe peil je de stek uit nu de visserij zich in de herfst en winter meer op de bodemvisserij richt. Waar ben je naar op zoek? Speelt de visserij in de kant ook nog steeds een rol?”
“Zelf ben ik geen kantvisser. Geef mij maar een lange hengel waarmee ik aan de slag kan gaan. Toch moet je hier op de Belgische vijvers wel eens in de kant vissen, anders leg je het af tegen de concurrentie. Dit heeft vooral met snelheid en efficiëntie te maken.
Peilen is heel belangrijk in de karpervisserij. Zelf peil ik om twee zaken duidelijk te krijgen. Uiteraard om de diepte en het bodemverloop van de stek in kaart te brengen, je wilt weten hoe de bodem er uitziet daar waar je gaat vissen. Een tweede belangrijk punt om te checken is de hardheid van de bodem. Modder of juist een harde bodem. Dit kom je te weten door een iets zwaarder peillood te droppen op de stek Zie je nu veel belletjes omhoog komen dan weet je al dat het een redelijk zachte bodem is. Voel je veel weerstand bij het omhoog halen van het peillood, dan heb je te maken met een modderige bodem.
Als je dat weet, dan is het belangrijk dat je tijdens de wedstrijd opnieuw peilt. Ik peil mijn lijn zodanig uit dat de pellet net de bodem raakt, zeg maar met een staande haak. Komt er veel vis op de stek, dan woelen deze vaak de bodem om, op zoek naar voedsel. Hierdoor kan de dobber soms onder gaan omdat het aasje iets verder naar beneden zakt, dit geeft ‘valse’ aanbeten. Je zult de dobber dus iets dieper moeten zetten. Op een harde bodem heb je hier geen last van.”
Dit artikel werd eerder gepubliceerd in Beet Magazine, de delen 1 en 2, met Bart Reekmans en Klaas Mozes, stonden ook eerder op de Beet website. Ga voor een abonnement op Beet Magazine, om volledig op de hoogte te blijven van alle ontwikkelingen in het witvissen, naar https://shop.beet.nl/category/abonnementen/.
