In november vingen onderzoekers van Sportvisserij Nederland twee kleine marenes op de Waal. De zeldzame vissen werden aangetroffen tijdens onderzoek naar trekvissen voor het Interreg-project De Rijn Verbindt – waar Rijkswaterstaat trekker van is.
Onderzoeker Gerrit van Eck was blij verrast: “In mijn werk bij Sportvisserij Nederland zie ik dagelijks vele vissen, maar bij deze stond ik meteen op scherp. Deze week af van wat ik gewend ben. Het kleine formaat (10 cm) en de algemene zilveren kleur van de vis maakte het herkennen extra lastig, maar de bovenstandige bek in combinatie met een aanwezige vetvin zette me op het goede spoor. Dan begint de spannende zoektocht naar welke soort het is.” Het bleek om een kleine marene (Coregonus albula) te gaan.
Kijk hier de nog geen twee minuten durende reportage video van Omroep Gelderland over de bijzondere vangst:
Lees hier het artikel van Omroep Gelderland over de Kleine marene.
Oorsprong onbekend
Kleine marene komt van nature voor in het noordoosten van Duitsland, Scandinavië en Rusland, maar wordt sporadisch ook in ons land aangetroffen. De soort is geïntroduceerd in een aantal stuwmeren van het Duitse Rijnstroomgebied, maar wat de oorsprong van de Nederlandse exemplaren is blijft een raadsel. Een mogelijke verklaring: Kleine marenes die leven in de stuwmeren van het Duitse Rijn-stroomgebied zijn bij hoog water in de Rijn terecht gekomen en konden zo naar Nederland zwemmen.
De soort kan maximaal 45 cm lang worden en omdat hij vooral plankton eet, wordt hij niet snel aan de hengel gevangen.
Nog meer zeldzame vissen
Voor het Interreg-project De Rijn Verbindt werken tien organisaties uit Duitsland en Nederland samen aan een gezonde, groene en levende Rijn. Een van de onderdelen bestaat uit onderzoek naar trekvis met behulp van een ankerkuil. Dat werkt zo: een schip ligt voor anker in de rivier en laat netten zakken die stroomafwaarts zwemmende vissen vangt. Naast de kleine marenes troffen de onderzoekers nog meer zeldzame vissen aan zoals elft, serpeling, sneep, Donaubrasem, blauwneus en houting.
Dit project wordt mede mogelijk gemaakt door een Europese Interreg-subsidie.
