In de WITVIS MASTERCLASS komen telkens uiteenlopende witvisonderwerpen aan bod die belicht worden door diverse specialisten. Boordevol met praktische tips & tricks en ‘how to’ wordt een enorme variatie aan watertypen en technieken besproken. Doe er je voordeel mee!
De ‘r’ komt weer in de maand! Dat wil zeggen dat we ons kunnen opmaken voor misschien wel het mooiste jaargetijde voor sportvissers: de herfst. De mannen die de masterclass voorzien van content, geven weer genoeg tips om succesvol aan de slag te gaan. Deze keer komt Ramon Ansing aan het woord met vooral veel antwoorden op allerlei kwesties rondom het feedervissen.
RAMON ANSING
Voor veel mensen is het gebruik van leem bij het feedervissen nog geen gemeengoed. Wanneer en hoe pas je dit bijzondere bestanddeel toe in je voermix. Wat zijn de voordelen?
Leem heeft in feit drie belangrijke eigenschappen, het verschraalt het voer, het geeft een wolkend effect en het maakt je voersamenstelling zwaarder. Dat laatste vind ik zelf alleen interessant in combinatie met een licht voornvoer wat erg veel werking heeft en snel naar de bodem moet tijdens het vissen met de vaste hengel. De korf brengt het voer altijd naar de bodem dus dat heeft voor de feeder geen meerwaarde. Het verschralende effect heeft absoluut een meerwaarde, zeker wanneer je een wolk wilt maken om wat vissen aan te lokken. Je hebt een iets grotere korf nodig om dat effect te creëren en het liefste ook nog eens vlot achter elkaar werpen. Het voordeel is dat je door de leem niet meer aas en voer brengt dan je zou doen met een kleine korf maar wel meer volume hebt door de leem. Het visuele effect is enorm en zorgt voor een grote, gele wolk in het water, zeker op diep water. Vissen die op half water zwemmen volgen de wolk naar beneden en zullen daar al snel wat aas van de bodem pakken.
Bij het vissen van internationale wedstrijden spelen muggenlarven bijna altijd een grote rol. Wat voegt dit aas toe en zou het niet beter zijn om larven bij alle wedstrijden vrij te geven?
Muggenlarven spelen inderdaad een belangrijke rol en zijn internationaal vaak het belangrijkste aas. Elke vis aast erop en je kunt met twee muggenlarven aan de haak net zo gemakkelijk een visje van tien gram vangen als een karper van twee kilo. Het vissen en voeren met muggenlarven geeft je ook veel meer opties, zeker op moeilijkere visdagen wanneer de vis niet geweldig reageert op bijvoorbeeld wormen. Op deze dagen zijn muggenlarven hét aas om toch blieken en brasems aan te lokken. Bij ons in het noorden van het land is aas en voer bijna altijd vrij, wat een groot voordeel is omdat je er dus vaak mee kunt vissen in een wedstrijdsituatie. Wat mij betreft zou het aas en voer altijd vrij moeten zijn, ik zou geen reden kunnen bedenken om dit niet te doen eigenlijk. Vers de vase (muggenlarven) is tegenwoordig prima verkrijgbaar en dat wordt alleen maar beter wanneer er meer vraag naar komt.
In hoeverre pas je de haak aan bij de aassoorten die je gebruikt? Welke modellen kies je bijvoorbeeld voor maden, casters, wormen of maïs?
Ik pas mijn haak zeker aan op het type haakaas, één of twee drijvende maden dien je natuurlijk heel anders aan te bieden dan bijvoorbeeld een korrel mais. De Kamasan B560 is een hele goede haak voor de wat grotere aassoorten zoals wormen en mais. Voor twee of drie maden of casters gebruik in graag een Tubertini serie 18 of de Drennan Carbon Match. Wanneer er heel fijn gevist moet worden met slechts enkele muggenlarven of pinkies gebruik ik de Drennan Red Match. Eigenlijk is dit meer een haak voor de vaste hengel maar doordat deze iets dikker van draad is, kun je er ook perfect mee vissen met de feeder.
Het najaar is een periode van het jaar dat op veel wateren goed vis wordt gevangen. Hoe speel je hierop in bij het feedervissen?
Tja, hoe speel je daar op in… veel vis vraagt in ieder geval om voldoende aas. Belangrijk is sowieso dat je op voorhand weet welke vissen je moet gaan vangen voor een goed resultaat. Neem bevoordeeld het Ketelmeer, de aanpak om daar 20 kilo voorn te vangen is heel anders dan wanneer je 30-40 kilogram brasem moet gaan vangen. Het ‘proberen’ te weten te komen waarop je je die dag moet concentreren, kan van groot belang zijn. Daarnaast zijn de vissen in deze periode van het jaar vaak op zoek naar voedsel en is het dus belangrijk dat je voldoende aas en voer bij je hebt, zodat je niet zonder komt te zitten wanneer je iedere korf rijkelijk moet vullen. Bedenk wel dat aas belangrijker is dan voer wanneer je veel vissen moet vangen. Het is dus beter om extra aas, denk aan casters en wormen bijvoorbeeld, dan extra voer mee te nemen. Een school hongerige vissen plundert een te zuinig aangevoerde stek snel leeg en dan is de kans groot dat ze weer verder zwemmen.
