JAIMY POSTHUMUS – De zeebaarsvisserij is de afgelopen jaren sterk in populariteit toegenomen. Ondanks de nieuwe technieken, aassoorten, potentiĆ«le stekken en de overvloed aan informatie via social media, kun je het spoor makkelijk kwijtraken. Jaimy Posthumus schept wat orde in de chaos en biedt in dit artikel wat handvatten voor elke zeebaarsvisser om meer grip te krijgen op deze fantastische roofvis. Zijn belangrijkste tip luidt: āProbeer het eens in het donker!ā
Vaak zie ik fotoās van vissers voorbijkomen die in de brandende zon op de pier van Hoek van Holland een baars proberen te verleiden. Ik wil niet zeggen dat deze mensen geen zeebaarzen
vangen, sommigen lukt het vrij goed, maar veelal zijn deze omstandigheden verre van ideaal. Zeebaars is van nature een vrij schuwe vissoort en laat zich pas ās nachts of met bewolkt weer dichter onder de kant zien. De reden; de vis is dan minder zichtbaar voor vijanden en vindt in het ondiepe veel voedsel.
Tegen de oever en de taluds bevinden zich aasvissen, schaal- en schelpdieren in overvloed. Zodra de zon ondergaat en de schemering begint komt de zeebaars dus dichterbij en dat vergroot onze kansen als sportvissers misschien wel dubbel. De baars is mijns inziens in de goede periodes (in voorjaar en winter is het natuurlijk minder) ook actiever is in het donker.
OMSTANDIGHEDEN
Nederland kent enorm veel stekken om de zeebaars te belagen, maar wanneer kies je nu voor een bepaalde stek? Dat proces begint al thuis. Ik hou nauwlettend de weersverwachting en het getij in de gaten bij het plannen van mijn visdagen. Belangrijk is hierbij om te weten met welk moment in het getij je wil gaan vissen. Ook zeker niet onbelangrijk is de stand van de maan. Een volle maan bij een heldere hemel is vaak funest voor de vangsten. Ik heb al zo vaak meegemaakt dat zodra de maan achter een wolkendek verdwijnt, de vis ineens actief wordt. Ook het omgekeerde heb ik regelmatig meegemaakt; de maan komt op en de aanbeten zijn over.
Als we het dan toch over de maan hebben heb je natuurlijk ook nog springtij en doodtij. Springtij is ook zoiets. Dit valt twee dagen na volle maan en doodtij twee dagen na het eerste en laatste kwartier. Op een stek waar het niet heel hard stroomt kan springtij een uitkomst zijn, maar op stekken waar het normaal al erg hard stroomt kan springtij er weer voor zorgen dat de stroming te sterk wordt. Bij de windkracht en windrichting gaat mijn voorkeur uit naar een stabiele windrichting; dus wanneer de wind al enkele dagen uit dezelfde hoek komt. Als ik zou mogen kiezen dan kies ik een zuidwesten- of westenwind. Het liefst niet harder dan 3 Beaufort, zeker als je aan de slag wil met softbaits.
Voor het vissen met softbaits is er niets vervelender dan een bocht in je lijn, waardoor je weinig gevoel hebt en indirect contact met je kunstaas, met materiaalverlies tot gevolg. En in donker wordt dat nog erger. Ook de keuze van het moment in het getij is een belangrijk aspect. Dit verschilt ook nog eens per stek; de ene stek vis ik graag met opkomend water om bijvoorbeeld goed over een richel te kunnen vissen en op de andere stek kies ik weer graag voor afgaand water, omdat hierdoor het talud bereikbaar wordt. En dan is er natuurlijk de stroming: vaak de sleutel tot succes. Alles bijeen zijn dit zeer belangrijke zaken die je zelf moet ondervinden en die per stek verschillen.
Het scannen van de omstandigheden begint dus eigenlijk al thuis. Zeker als je in donker wil vissen, maar ook overdag: je huiswerk doen is een must. Bij aankomst gaat je oriĆ«ntatie verder en scan je de omgeving. Bij aankomst ga ik het rijtje af. Stroomt het naar behoren? Wat is de kleur van het water? Zie ik beweging op het water? Zijn er meeuwen aan het jagen? Antwoorden op deze vragen helpen mee met het bepalen van de strategie, zowel overdag als ās nachts. Zo zal de kleur van het water bepalend zijn voor de keuze van de kleur mijn kunstaas. Is het water extreem dik, waardoor de zichtbaarheid sterk beperkt wordt is het misschien een idee om met natuurlijk aas te gaan vissen, waarbij de geurfactor meespeelt.
SEIZOENEN
De periode in het jaar is belangrijk om mee te nemen tijdens het plannen van je visdag. Zo is er in de loop van het voorjaar een enorme hoeveelheid speldaas waar te nemen. Stem hier je kunstaas op af door je kunstaas niet te groot te kiezen. Heeft het water in de zomer eenmaal de 18 graden bereikt, dan kun je ervan uitgaan dat het niet lang meer duurt voordat de zeebaars zich massaal gaat richten op de zachte krab en zwemkrab.
In deze periode wil het vaak lonen om met aas als zagers, steurkrab en zachte krab aan de slag te gaan. Na deze periode gaan we alweer richting het najaar en gaan de zeebaarzen zich opmaken voor de winter en eten ze vaak alles wat los en vastzit om de nodige reserves aan te leggen. DĆ© periode om dikke najaarsbaarzen te vangen. Wat mij betreft de mooiste periode aangezien de zeebaarzen op dit moment op hun sterkst zijn en supergretig!
NATUURLIJK AAS OF KUNSTAAS?
Wanneer kies je voor natuurlijk aas of voor kunstaas? Een goede vraag, en hij geldt voor zowel overdag als voor ās nachts vissen. De keuze hangt voor mij vooral af van de periode in het jaar. Als je beide ijzers in het vuur houdt, ben je op alles voorbereid, maar voor natuurlijk aas zijn met name de maanden juli en augustus geschikt, omdat dan de watertemperatuur zijn hoogtepunt heeft bereikt en de baarzen vol op krabben en schaaldieren gaan jagen. Bij de meeste baarzen die ik in deze periode vang zijn de buiken keihard van de grote hoeveelheid krabben die ze al hebben verslonden. Hier is natuurlijk aas de sleutel tot vangen.
Wil je meer lezen over welk aas en wanneer je dit het beste kan inzetten? | Lees het hele artikel in ZHS 373
NU IN DE WINKEL OF NEEM EEN VOORDELIG JAARABONNEMENT