Wanneer je met het methodfeeder systeem gaat vissen, dan kan je in veel situaties heel gemakkelijk, simpel en snel grote vissen vangen. Maar ook bij deze visserij kun je een stapje verder gaan door op de details te letten. Method-expert Jeroen Peters geeft hieronder wat tips over het methodvissen.

Tekst & foto’s Jeroen Peters

De JUISTE HENGEL

Tot een meter of 30 en waarbij karper niet groter is dan een kilo of drie volstaat een lichte 2,7 of 3 meter lange feederhengel. Ga je verder vissen – tot circa 40 meter – of zijn de vissen groter, dan is een 3,3 meter feederhengel aan te raden. Besluit je ervoor om nog verder te vissen, dan is het raadzaam om een hengel van minimaal 3,6 meter te gebruiken. De aanbeten zijn zeer explosief en het is dan ook belangrijk dat je een goede steun gebruikt waar de hengel niet uit getrokken kan worden!

Match de hengel aan het formaat vissen en de visafstand.

 TYPE METHOD

Wanneer je tegen oeverzones vist waar minder dan 1,5 meter water staat, zoals eilandjes, dan is een open method feeder absoluut mijn favoriet. Het voer valt snel van de feeder zodat de vis direct kan azen. Regelmatig inwerpen is met deze methode belangrijk.

Kies je voor dieper water dan 1,5 meter of laten de beten langer op zich wachten, dan is een meer gesloten model zoals een Hybrid feeder aan te raden. Ook wanneer je op grote afstanden vist heeft deze feeder de voorkeur, omdat zo’n model opstaande randen heeft waarbij het voer beter beschermd wordt. Het blijft ook compacter op de bodem liggen zodat het langer aantrekkingskracht heeft.

Voor grote afstanden is een hybrid methodfeeder ideaal.

AFREMMEN!

Het is belangrijk dat de worp op het laatste moment wordt afgeremd en de method met de hengel wordt ‘opgevangen’, zodat deze met de vlakke kant op het water landt. Zo blijft het voer intact en wordt het niet door de impact op het water eraf geslagen. Waak er ook voor als de method op de bodem ligt deze niet te verplaatsen. Alles moet zo compact mogelijk blijven liggen. Span de hengeltop daarom niet al te strak. Bovendien kan een te strakke lijn vissen afschrikken wanneer ze er tegenaan zwemmen.

 Alle details helpen!

STOPWATCH

Een stopwatch is één van de belangrijkste items die ik mee heb. Een aanbeet vindt vaak binnen een bepaald ‘tijdslot’ plaats. Een stopwatch kan helpen om patronen te herkennen en te voorkomen dat je te lang wacht op een aanbeet. Wanneer je weet dat aanbeten vaak binnen een bepaalde tijd komen, dan kun je hier de visserij op aanpassen.

Echt een heel handig hulpmiddel om patronen te ontdekken.

 

GEEN BLUBBER

Zoek een stek die schoon en vrij van obstakels is. Een harde klei of zandbodem is het meest ideaal. Vermijd een bodem met een dikke laag slib. Het vooraf uitpeilen met een loodje geeft naast het meten van de diepte hier goed zicht op.

 ERIN OF ERUIT?

Pellets, boilies en wafters zijn de meest gebruikte aassoorten. Maar zelfs maden en mais zijn aassoorten die gebruikt kunnen worden, deze prik ik dan vaak wel direct op de haak. Bij gebruik van wafters is het belangrijk dat de haak vlak op de bodem blijft liggen en de wafter een beetje ruimte heeft om erboven te zweven (waften). Een bakje water op de aastafel om dit vooraf te testen is een must. Bij karper is het beter om het aas in het voer te verstoppen, terwijl het bij een brasemvisserij juist goed kan werken om het aas naast de feeder te laten hangen!

Pellets, boilies en wafters zijn de meest gebruikte aassoorten.

VOERMIX

Voor beide systemen kan voer op basis van gemalen bestanddelen (grondvoer) of op basis van geweekte pellets worden gebruikt. Op heel ondiep water of bij het vissen op brasems gaat mijn voerkeur uit naar grondvoer. Je kunt er ook wat geweekte pellets bij mengen, dit houdt de vis beter op de plek. Bij de geweekte pellets is het toevoegen van gecrushte boilies ook een optie. Vooral op wateren waar met regelmaat met boilies op karper wordt gevist werkt dit erg goed. Wissel tijdens het vissen eens tussen voer of pellets en kijk wat beter werkt, dit kan het verschil maken. Het aandrukken van het voer kun je het beste doen met een bijbehorende mal. Dit maakt alles een stuk eenvoudiger. Tot slot: maak het voer en de pellets niet te nat. Na het aandrukken moet het nog wel los kunnen weken.

Nog meer tips en tricks vind je in het artikel uit de Beet van september 2021