Waar moet je op letten bij de aanschaf van een feederhengel? Een vraag die velen zich stellen bij het aanzien van rekken vol, op het oog, gelijk uitziende feederhengels. Wij gingen op advies bij wedstrijdvissers André Schipper van Sensas, Maurice Prijs van Drennan en Preston frontman Arnout van de Stadt om de kaf van het koren te scheiden.

Wanneer we een feederhengel op de operatietafel uit elkaar zouden halen, dan blijven er grofweg de volgende hoofdelementen over: het handvat, de blank, ogen en feedertop. Doordat de opbouw van en de materialen zelf verschillen, krijgt iedere hengel zijn eigen specificaties ofwel karakter. Aan welke specificaties moet een feederhengel voldoen? Of zoals Arnout het omdraait: “De specificaties hangen af van hetgeen je met de feederhengel wilt doen”. Afijn, laten we eens door de bril van een hengelbouwer de opbouw van een feederhengel onder de loep te nemen, beginnend met de blank.

Wat voor type blanks zijn er?

De blank bepaalt in grote mate voor wat voor watertype en visserij de hengel geschikt is. Onze specialisten zijn het er over eens dat je met een strakkere blank over het algemeen verder en secuurder werpt dan een slappere blank. “Grotere afstanden en/of stromend water vragen om een langere (12 tot 14 ft) hengel met een goede ruggengraat en een minder progressieve actie.”, aldus Maurice. Een statement dat ook door André en Arnout worden benadrukt.

Feederhengels

Met een zachtere blank zul je minder vis verspelen.

Een strakke, snelle blank helpt om secuur te kunnen werpen. Vaak buigen dit soort hengels met name in het topdeel. Toch kleeft er aan zo’n strakke blank ook een nadeel, waar een zachte blank in het voordeel is. Arnout: “Daarentegen zul je met een zachtere blank minder vis verspelen, omdat je meer gevoel hebt met het drillen van de vis. Voor grotere vissen raad ik een zachtere, progressief buigende blank aan.” Logischerwijze zie je op commercials, met sterke karpertjes en feeder gerelateerde technieken, veelal tot 3 meter lange, zachte hengels. Ver werpen is hier ook niet noodzakelijk.

Feederhengels

Met een strakkere blank kun je verder en secuurder werpen.

Daarnaast bepaalt de visafstand ook de lengte van de feederhengel. André combineert de volgende lengtes hengels bij werpafstanden “Voor afstanden tot 25 meter een korte feederhengel van 2,70 meter, tot 45 meter eentje van 3,60 meter en verder dan 45 meter een hengel van 4 meter of langer.”

Strak maar toch soepel

Veel van de feederhengels die voor het kortbij werk worden verkocht hebben een zachtere blank en een progressieve buiging. Je kunt je afvragen of op openbaar water, waar deze hengel wordt gebruikt voor een kortbij visserij op kleine vis, wel de beste keuze is. Arnout, die in 2012 met het team wereldkampioen feeder werd en waarbij zowel kortbij als verder weg werd gevist, opteert voor een strakke hengel voor kortbij. “Voor een snelle visserij op kleine vis is een strakkere, snelle blank gewenst. Dat wil niet zeggen dat de hengel keihard moet zijn. Je hebt tegenwoordige hele lichte, strakke feederhengels die bij het haken van de vis toch prachtig krom staan en perfect drillen”, aldus Arnout.

De plaatsing van de oogjes

Goede ontwerpers van feederhengels besteden veel tijd aan de plaatsing van de ogen. Voor minder frictie tijdens het drillen en werpen is het van belang dat de lijn de curve van de blank volgt. Dus waar de hengel buigt zitten de meeste ogen. Een klassieke oneliner van gepensioneerde hengelbouwer Cor Spinhoven laat je dit principe beter begrijpen: ‘zou je met een bezemstok gaan vissen, dan heb je in principe alleen een startoog en topoog nodig’.

“Voorin de feederhengel zit over het algemeen de meeste buiging en daarom moeten daar de meeste ogen zitten”, aldus Arnout. Maurice voegt daar aan toe: “Hoe meer ogen, des te beter de lijn de curve volgt, maar ook des te meer onnodig gewicht er op de blank komt.” Meer gewicht zal de actie van de blank langzamer maken. Bovendien remmen te veel ogen de lijn tijdens het werpen. Kortom, de plaatsing van de ogen is zoeken naar een compromis.

Werpkanon? Groot startoog!

Van de meeste firma’s kun je verwachten dat ze de oogverdeling goed voor mekaar hebben. Je kunt een feederhengel in de winkel krom laten trekken en kijken naar de oogverdeling, maar de praktijk wijst dit vaak beter uit. Bij een hengel met een pure topactie, zie je de ogen in de top dichter bij elkaar staan. Bij een hengel die tot het handvat doorbuigt zullen de ogen verder uit elkaar staan.

Feederhengels

De afstand tussen het startoog en de molen mag nooit te kort zijn. 

“Ook de afstand en de grootte van het startoog is heel belangrijk. Het oog moet nooit tekort op de molen zitten. Wanneer het startoog te kort op de molen zit of te klein is, kun je problemen krijgen met werpen”, aldus Arnout. Je kunt dit aspect in de winkel wel nader bekijken.

Hierbij is het type molen en met name het formaat molenspoel een belangrijke factor. Op een werpkanon dient een groot startoog te zitten van soms wel 40 mm, om dit te matchen aan de grote, brede molenspoel die ver werpen nog gemakkelijker maakt. In de regel geldt ‘Hoe breder de spoel, des te groter dient het startoog te zijn’. Zou je met een formaat 5000 tot 6000 op een kortbij hengel vissen, dan slaat om de haverklap de lijn om het te kleine startoog. Maar met een 2500 formaat molen heb je geen problemen meer. Met het blote oog is vaak wel te zien of de hengel met de molen in verhouding is.

Feederhengels

Hoe breder de molenspoel, des te groter het startoog moet zijn.

Feedertoppen

Een feederhengel is niet compleet zonder de gevoelige top, voor de beetregistratie. De vaak standaard 2 tot 3 meegeleverde toppen dekken de meeste situaties. Ze worden geclassificeerd in buigweerstand oz (ounce). Hoe hoger de oz-waarde, des te meer weerstand is nodig om deze krom te trekken. Het eerste waar Arnout naar kijkt is de curve van de het topgedeelte, waarbij de overgang goed rond moet lopen. “In een goede feederhengel mag geen zogenaamde ‘hoek’ zitten. De toppen moeten netjes overlopen in de hengel.”

Een ander belangrijk punt is natuurlijk de actie en gevoeligheid van de toppen. Andre: “Als ze te verkrijgen zijn zal ik zeker lagere oz toppen erbij nemen, omdat deze de aanbeten beter registreren. Een glastop is altijd soepeler dan een carbontop en een langere top zal altijd een betere beetregistratie geven. Wanneer de vis slecht aast, dan zal bij een lagere oz top de beet beter doorzetten.”

Feederhengels

Kies bij twijfel eerder voor een lichte top dan een zware.

De juiste oz top bepaal je aan de hand van de visafstand, stroming, wind, het te verwachten formaat vis en het aasgedrag. Een lastig situatie, dat vindt ook Arnout. “Soms is het best lastig om de juiste keuze te maken. Daarom raad ik aan: beter een te lichte top dan een te zware. Kleine beetjes zie je namelijk wel op een lichte top, maar vaak niet op een te stugge top.”

Keuzes van de specialisten

De allround keuze van André: De Sensas Classic Competition 360. Met deze 3,60 m feederhengel heb je een werpvermogen van 60 gram. Er zit wel wat hardheid onderin de hengel, om de worp beter te kunnen te controleren. Met deze hengel kun je prima van 15 tot 45 meter vissen.

Feederhengels

Andre Schipper: “Voor afstanden tot 25 meter een korte feederhengel van 2,70 meter, tot 45 meter eentje van 3,60 meter en verder dan 45 meter een hengel van 4 meter of langer.”

De allround keuze van Maurice: De Drennan Matchpro Medium Feeder Combo 11ft 6in – 12ft 6 is een ideale allround feederhengel voor de Nederlandse omstandigheden. Wordt geleverd met vier verschillende toppen. De hengel heeft een verlengdeel (zonder ogen) dat ervoor zorgt dat zonder de hengel op of af te bouwen goed op de situaties ingespeeld kan worden.

Feederhengels

Maurice Prijs: “Hoe meer ogen, des te beter de lijn de curve volgt, maar ook des te meer onnodig gewicht er op de blank komt.”

De allround keuze van Arnout: De Preston Dutchmaster 12,8 ft. Deze hengel heeft een medium actie met een werpgewicht van 40-80 gram. Met deze hengel kun je in 75% van de gevallen goed uit de voeten. Deze feederhengel heeft zich inmiddels bewezen en is ook op internationaal niveau een echte topper voor veel feedervissers.

Feederhengels

Arnout van de Stadt: “In een goede feederhengel mag geen zogenaamde ‘hoek’ zitten. De toppen moeten netjes overlopen in de hengel.”

Kurk of EVA handgreep?

Of het handvat van kurk of EVA is, is vooral een kwestie van persoonlijke voorkeur. Kurk heeft een luxere uitstraling, kurk is ook duurder dan EVA. André en Maurice vinden kurk fijner in de hand liggen. “Het is ook beter schoon te maken dan EVA”, aldus André. Arnout vindt EVA weer gemakkelijker schoon te maken en heeft bovendien de ervaring dat een natte of vieze EVA handgreep meer houvast biedt tijdens het werpen dan een kurken… Natuurlijk is een combinatie van kurk of eva ook een optie.

Feederhengels

De keus voor een handvat van kurk of EVA is erg persoonlijk…

Extra tips van de experts

TIP 1. Tweedelige feederhengels zijn veel gemakkelijker ‘visklaar’ mee te nemen dan driedelige hengels.

TIP 2. Gebruik 0,5 tot 1,5 oz toppen voor lichte hengels, 1 tot 2,5 voor medium en 1,5 tot 4 voor heavy feederhengels.

Feederhengels

Een klein bevestigingsoogje net boven het kurken handvat is ideaal om de haak in te haken op het moment dat je niet aan het vissen bent.

TIP 3. Check de hengel op ‘tikkende’ delen. De bussen van de delen en de toppen moeten perfect passen. Passen ze niet goed, dan voel je tikkende delen, en dat is een voorbode voor narigheid.

TIP 4. Samengevat is het bij de keuze voor een nieuwe feederhengel dus het belangrijkste om een bepaald doel in gedachten te hebben. De feederhengel moet voldoen aan de eisen en wensen die je daarbij hebt.