JAN VAN SCHENDEL – Voerkorven hebben als voordeel dat je haakaas altijd in de nabijheid van voer kunt presenteren. Het is inmiddels 38 jaar geleden dat er in Nederland voor het eerst met zogenaamde feederhengels werd gevist. In die tussenliggende periode zijn er veel verschillende type korven ontworpen. We zetten de belangrijkste op een rij.

1. TRADITIONELE GAASKORF

De gaaskorven met het lood aan de zijkant waren de eerste voerkorven die verkrijgbaar waren. Waarschijnlijk is dit nog steeds het meest gebruikte type korf. Ze zijn effectief op werkelijk ieder soort viswater. Omdat er vanwege het gaasprofiel overal openingen zitten komt het lokvoer perfect los uit de korf en dat is normaal gesproken ideaal. Je moet wel opletten dat het lokvoer pas op de stek uit de voerkorf komt, op de bodem dus. De grootste fout die bij het feedervissen wordt gemaakt is dat het voer te snel uit de korf komt, of juist helemaal niet. In beide gevallen is dat funest, omdat je in het eerste geval de vissen naar de verkeerde plaats lokt en in het tweede geval je helemaal geen vissen aanlokt.

2. SPEEDKORF

Een speedkorf is een voerkorf waarbij het werpgewicht niet aan de zijkant zit, maar aan de onderkant. Vaak hangt dit middels staaldraad ‘los’ van de korf. Tijdens de vlucht van de voerkorf naar de visplek positioneert het lood zich naar voren; zo krijg je een maximaal ‘dart-effect’. Dit soort korven zijn perfect bij het vissen op grote visafstanden en dat is iets wat tijdens viswedstrijden nogal eens wil gebeuren. Ook bij veel wind zijn deze korven vaak ideaal. Vooral bij zijwind kan er tijdens de worp een bocht in de lijn waaien. Bereik je de lijnclip met zo’n bocht in de lijn, dan wordt de korf vaak met de bocht meegetrokken. Het resultaat: je vist niet nauwkeurig genoeg op de visstek. Hoe meer wind er staat, des te lastiger dat probleem kan zijn.

“Bij het feedervissen staat en valt alles bij precisie”

Je wilt dat de korf elke keer op dezelfde vierkante meter op de bodem valt. Hoe zuiverder en preciezer die plek wordt bereikt, des te groter de kans op succes. Zo simpel is het. Het is logisch dat naast de ‘standaard voerkorf’, de speedkorven de meest gebruikte korven zijn. Een nadeel van dit soort korven is dat ze werkelijk ieder obstakel onder water ‘vinden’, waardoor gehaakte vissen gemakkelijk vast kunnen raken. Vooral wanneer het vlakbij de oever ondiep is of wanneer er stenen liggen, kan dit grote problemen geven.

3. VOERKORF MET LOOD AAN DE ONDERKANT

Dit type korven zijn zowel in gaas als in plastic verkrijgbaar. Ze werden ontwikkeld om zuiver te kunnen werpen, bijvoorbeeld met zijwind. Dit soort korven worden vaak gebruikt bij normale visafstanden en met relatief lage werpgewichten. Ik kan heel goed de populariteit begrijpen en ik gebruik ze dan ook heel vaak. Wanneer je een zelfde gewicht standaard voerkorf vergelijkt met dit type, dan bereik je met de voerkorf met lood aan de onderzijde echt veel gemakkelijker de stek. Dat is gewoon een feit. En het belang van dat zuiver vissen, dus steeds op dezelfde stek werpen, kan ik nooit genoeg benadrukken. Dat kleine beetje voer dat je gebruikt moet zoveel mogelijk op dezelfde plek belanden.

4. PLASTIC VOERKORF

Plastic korven zijn in vergelijking met gaaskorven meer dicht, er zijn ook modellen die zelfs helemaal dicht zijn. Bij het vissen op diepe en/of stromende wateren kan het voer soms te snel uit de voerkorf komen wanneer je gaaskorven gebruikt. Het gebruik van plastic korven is dan ook echt aan te bevelen wanneer je dit soort visomstandigheden tegen komt. Liever ondervind ik een keer na het binnen draaien dat een gedeelte van het voer nog in de korf zit, dan dat het te snel uit de korf is gekomen. Zodra ik de minste twijfel hierover heb gebruik ik plastic korven. Ook voldoen deze korven prima wanneer je heel veel los aas wilt meevoeren, zoals geknipte wormen. Een hele goede manier is om simpelweg de korf te vullen met geknipte wormen en dan aan beide zijden de korf ‘af te toppen’ met lokvoer, waardoor het aas opgesloten zit en pas op de bodem uit de korf zal komen.

5. VOERKORF MET ANKER

Korven met ankers heb je zowel in gaas als in plastic. De ankers zorgen ervoor dat je bij een visserij op stromende wateren met minder gewicht kunt vissen en dat kan soms echt heel belangrijk zijn. Veel van onze rivieren en andere stromende wateren hebben stenen oevers. Je kunt heel gemakkelijk in die stenen vast komen te zitten. Vanwege de sterke stroming ben je echter genoodzaakt om veel gewicht te gebruiken; anders blijft de korf niet stil liggen op de visplek. Hoe meer gewicht je gebruikt, des te gemakkelijker je vast raakt in de stenen. Door korven met ankertjes te gebruiken kun je simpelweg vissen met minder gewicht en dat is soms van vitaal belang. Zonder ankers verspeel je veel vis, met ankers verspeel je er geen een.

6. MADENKORF

Wij gebruiken ze niet zo vaak, terwijl in andere landen ze soms met stip op nummer 1 staan. Dat heeft allemaal te maken met de beviste vissoorten. Bij ons is het vooral om brasems te doen. In het buitenland gaat het vaak om barbeel, kopvoorn, winde en karpers. Stuk voor stuk vissen die bijzonder geïnteresseerd zijn in maden en soms moeten er veel worden gevoerd. Deze korven zijn bijna altijd van plastic en hebben aan weerszijden een kapje dat de maden opsluit. Soms zijn de gaatjes bij deze korven aan de kleine kant, waardoor deze maar moeilijk uit de korf kunnen kruipen. Met een klein schaartje de openingen vergroten of er twee met elkaar verbinden is meestal een simpele een perfecte oplossing.

7. WINDOW VOERKORF

Dit zijn afgesloten voerkorven waarbij alleen aan de zijkant een opening is gemaakt. Ook deze korven zijn bijna altijd van plastic. Bob Nudd was de bedenker van deze korf. Bob vist zijn meeste wedstrijden tegenwoordig in Ierland. Bijna altijd is er veel vis te vangen en vaak komt hij een visserij tegen waarbij hij op grote afstanden uit de oever moet vissen. Als er veel vis zit, dan moet er vaak veel aas worden gevoerd. Daarvoor zijn deze korven ideaal. Je vult simpelweg de gehele korf met los aas en sluit alles af door een klein beetje lokvoer aan de zijkant in de opening te drukken. Het gewicht zit aan de onderkant en ze werpen werkelijk perfect. Ze snijden beter door de eventuele zijwind dan welk type korf dan ook en je kunt er visafstanden mee bereiken tot wel 100 meter. Een andere goede eigenschap is dat ze bij het binnen draaien heel gemakkelijk omhoog komen, waardoor je ze beter over eventuele richels en taluds kunt vissen. Hiermee beperk je het aantal verspeelde vissen tot een minimum.

8. METHOD VOERKORVEN

In België en Nederland heeft de karpervisserij op visrijke visvijvers (zogenaamde commercials) zijn intrede gedaan. Sterker nog, deze visserij begint (in Nederland) erg populair te worden, in België was dat al langer het geval. Karpers zijn op veel verschillende manieren te bevissen, maar de meest effectieve visserij is waarschijnlijk de method. Je vist vaak pal tegen een oever aan de overzijde of bevist stekken met struiken. Karpers zijn gulzige azers maar ook hele slimme vissen. Met behulp van een method feeder en een bijbehorend ‘malletje’, dat ervoor zorgt dat het lokvoer in (of beter om) de method feeder wordt gedrukt, kun je ze perfect bevissen.

“Het systeem is super simpel”

Je gebruikt uitsluitend voer of pellets, dus geen los aas, behalve het haakaas. Dat aas wordt met het beschreven malletje in het voer gedrukt. Het belangrijkste aspect van deze visserij is dat de korf op de bodem absoluut moet blijven liggen. Het voer is namelijk vaak licht en komt snel los van de korf. Bijna altijd vis je ook in (erg) ondiep water. De karpers bemerken het voer, vinden het (grootste) haakaas, zuigen dat onmiddellijk naar binnen en haken zichzelf dankzij de korte onderlijn. De gebruikte onderlijnen zijn vaak maar 10 cm lang. Echt een super effectieve vismanier.

9. PELLET VOERKORF

Pellet feeders zijn wat betreft het principe en de werking hetzelfde te omschrijven als method feeders. Alleen zijn deze specifiek ontworpen voor pellets. Vaak is de pellet feeder de beste vismanier wanneer er echt veel karpers aanwezig zijn op de visplek. Je drukt simpelweg voorzichtig de pellets in de voerkorf met het haakaas ertussen. Daar waar de voerkorf de bodem bereikt, moet deze blijven liggen. Maak je dus vooral niet teveel zorgen over het al te precies aanspannen van de lijn tussen korf en hengeltop. De vissen haken zichzelf en de meeste aanbeten zijn een poging om de hengel het water in te trekken.

[irp posts=”14020″ name=”Method Feeder of Bombs?”]

[irp posts=”1475″ name=”Feedervissen met Jan Willem Nijkamp”]